Maar laten we vooral verder kijken waaróm deze hulp nodig is: een reeks van zichtbare én onzichtbare noden. Er grote noden waar we nauwelijks weet van hebben: de vluchtelingen in Sudan, de droogte in Kenia, verslavingen in sloppenwijken, verdrukking van gelovigen. We ervaren het ook als plicht om die verhalen met onze achterban te delen.
We richten ons zoveel mogelijk op noden waarbij ruimte is voor woordverkondiging. Daarom werken we meestal via een lokale kerk of christelijke organisatie. Soms mogen we opmerken dat de Heere de noden benut om het zaad van het geloof te planten. Maar het is niet aan ons om dit ‘resultaat’ af te meten. We hebben de verantwoordelijkheid om ons werk zo goed mogelijk te doen.